Menig bucket list heeft ‘m erop staan: een nieuwe taal leren. Een mooie kans om meer van de wereld te leren, maar iets dat in de praktijk helaas vaak onderaan het prioriteitenlijstje blijft bungelen. Er zijn immers altijd nog series om te bingewatchen, boeken om te verslinden, plantenhangers om te macrameeën.
Liefde voor talen
Als taalnerd ben ik eindeloos gefascineerd door vreemde talen. Zet me voor de tv met een anderstalige film op, en ik ga zo enthousiast luisteren of ik woorden herken dat het plot soms compleet aan me voorbijgaat. Maar ik moet toegeven: die fascinatie is ook weleens anders geweest.
Toen ik me jaren geleden inschreef voor de Vertaalacademie moest ik, tot mijn grote ergernis, naast Engels nog een andere taal kiezen: Frans, Duits, of Spaans. Stuk voor stuk talen waar ik niets, maar dan ook niets mee had. Engels en Nederlands, daar was het mij om te doen! Uiteindelijk viel de keuze dan maar op Spaans. Waarom? Dat was de enige taal waar ik geen intaketoets voor hoefde te doen. (Laten we het een gevalletje studentenmindset noemen.)
Al na dag één op de opleiding was ik ervan overtuigd dat die – niet bepaald weloverwogen – keuze zeker weten de juiste was. Wat een prachtige taal!

Een taal leren als hobby
Nu, bijna een decennium later, met mijn diploma al lang en breed op zak, maak ik met liefde en plezier dagelijks een uurtje tijd vrij om diezelfde taal nog beter te beheersen. Een taal leren is immers een hobby – als je het goed doet tenminste. Door je hersenen op verschillende manieren te prikkelen en vooral veel in de praktijk te oefenen, houd je jezelf enthousiast en gemotiveerd.
Droom jij er stiekem van om in vloeiend Italiaans een wijntje te kunnen bestellen, of animéseries in het Japans te kunnen kijken zonder ondertiteling? Laat dan die stoffige lesboeken lekker voor wat ze zijn en probeer het jezelf vooral zo leuk – en dus ook makkelijk – mogelijk te maken met deze modernere leermethoden.
1. Begin met Duolingo
Duolingo ken je misschien al wel: dé manier om online een nieuwe taal te leren.
Met behulp van de handige app – of website – kun je verschillende modules in oplopende moeilijkheidsgraad doorlopen. Je oefent met vertalen, de juiste woorden aan elkaar linken, luisteren en overtypen, en luisteren en nazeggen. (De laatste optie kun je overigens ook uitzetten, als je weinig zin hebt om anderen mee te laten genieten van je onvermoeibare pogingen om die rollende ‘r’ eindelijk eens onder de knie te krijgen.)
Voor mij zijn dit de grootste pluspunten van Duolingo:
- Voortgang
De app houdt je voortgang bij en herinnert je er zo nu en dan aan hoeveel je al hebt geleerd. Goed voor de motivatie! - Tips en grammatica
Duolingo helpt je de grammatica en logica daadwerkelijk begrijpen. Je kunt bijvoorbeeld tips en uitleg bekijken en op individuele woorden klikken om de vertaling te zien. - Puntensysteem
Je kunt op verschillende manieren punten verdienen: modules doorlopen, verhaaltjes luisteren, en soms een advertentie afkijken. Die punten kun je verzilveren voor bonusvaardigheden, gebruiken om een niveau dat je al beheerst over te slaan, of hartjes bij te vullen. O ja, en je kunt er ook het Duolingo-uiltje een kekke outfit mee aantrekken. 😉 - Duwtje in de rug
Je stelt jezelf een doel, bijvoorbeeld van 5, 10 of 15 minuten per dag, en ontvangt dagelijks op een door jou gekozen tijdstip een notificatie als je je oefeningen nog niet hebt gedaan. (Ik heb ‘m zelf op 5 minuten ingesteld om het ook op drukke dagen haalbaar te houden, maar als ik eenmaal bezig ben ga ik meestal veel langer door.) - Je persoonlijke mascotte
Als laatste, maar misschien wel als allerbelangrijkste – je hebt je eigen mascotte: een schattig uiltje dat je aanmoedigt!
2. Kijk films en series
Zodra je met Duolingo wat basiskennis hebt opgedaan van de taal die je wil leren, kun je gaan proberen films en series in die taal te kijken.
Zet wel Nederlands- of Engelstalige ondertiteling aan, zodat je niets mist en kunt proberen om dat wat je hoort, te matchen met wat je leest. Waarschijnlijk krijg je er in het begin nog niet veel van mee, maar toch is het goed om jezelf zo veel mogelijk onder te dompelen in de taal die je aan het leren bent.
Een bijkomend voordeel: nu heb je voortaan altijd een reden om ’s avonds de afstandsbediening te claimen. Jij moet immers je huiswerk maken!
3. Zoek een taalmaatje
Een van de spannendste, maar ook leukste dingen aan een nieuwe taal leren: praten, praten, en nog eens praten. Moeten zoeken naar woorden, fouten durven maken, leren van de feedback, en het weer opnieuw proberen.
Een goede manier om veel te oefenen is met een taalmaatje, bijvoorbeeld iemand die Nederlands wil leren en de taal spreekt die jij wil leren. Kijk eens op de website van Open Language Exchange of bezoek een taalcafé. Je kunt chatten, appen, Skypen, bellen, of elkaar ontmoeten – wat voor jullie het beste werkt.
4. Ga op vakantie
Nee, niet om jezelf even rust te gunnen van al dat geploeter met die nieuwe taal, maar om je kennis in de praktijk te kunnen brengen en tegelijkertijd meer te leren over de cultuur.
Een vakantie in het land zelf biedt eindeloos veel mogelijkheden om je taalvaardigheid nog meer te oefenen. Maak een praatje met de winkelier of hotelreceptioniste, maak er een spel van om alle bordjes, reclame en andere tekst die je tegenkomt te ontcijferen, vraag de weg, en bestel eten en drinken voor het hele reisgezelschap. Kortom: de hele vakantie doe jij het woord. (Of je daarna uitgerust in plaats van uitgeput thuiskomt, durf ik je niet te beloven.)
Wees trouwens niet verbaasd als al je opgedane kennis op het moment suprême als sneeuw voor de zon verdwijnt, en je hakkelend en wild gebarend uit je woorden moet zien te komen. Zo hebben wij op Majorca eens de pech gehad dat onze huurauto in onze afwezigheid een flinke kras had gekregen, waarna ik de medewerker van de parkeergarage – die uiteraard geen woord Engels sprak – met rode wangetjes moest uitleggen wat er gebeurd was. Probeer je dan die werkwoordvervoegingen nog maar eens voor de geest te halen!
5. Zoek zoveel mogelijk kansen op om te oefenen
Nu ik intensief bezig ben met de Spaanse taal, betrap ik mezelf er regelmatig op dat ik in het Spaans nadenk, tegen mezelf mompel, en zelfs in het Spaans droom! Als je er je doel van maakt om zoveel als je kan met de taal die je leert in aanraking te komen, beginnen de puzzelstukjes vanzelf op hun plek te vallen.
Blijf het vooral leuk en uitdagend maken voor jezelf:
- Apps en spelletjes
Speel woordspelletjes op je telefoon, zoals Wordfeud of Ruzzle. De native speaker die je als tegenstander hebt maakt uiteraard genadeloos korte metten met jouw idee dat je toch best al een woordje spreekt – maar toch is dit een leuke manier om met de taal bezig te zijn. - Restaurants
Ga uiteten in plaatselijke authentieke restaurants, waar de bediening hopelijk zelfs de taal spreekt die jij aan het leren bent. Zo niet, dan nog ben je je aan het verdiepen in de keuken en de cultuur, en kun je ondertussen proberen de menukaart te ontcijferen. En anders ga je gewoon voldaan, blij en met een volle buik weer naar huis – ook geen man overboord. - Boeken
Zodra je taalvaardigheid op niveau is, kun je eens proberen een boek in die taal te lezen. Kies voor boeken met eenvoudig taalgebruik, of lees een boek dat je door en door kent in de andere taal. Op deze manier mis je geen belangrijke verhaallijnen, en weet je ongeveer wat er zou moeten staan als je er geen touw aan vast kunt knopen. Zoek tijdens het lezen onbekende woorden of uitdrukkingen op, en schrijf ze er misschien zelfs met potlood bij. Goed voor je vocabulaire! (Pas wel op voor boze bibliothecaressen.)
Met deze tips gaat het je zeker lukken om het dit keer wél vol te houden – als je het maar graag genoeg wilt en leuk genoeg maakt. Door elke dag even de tijd te nemen om aan je doel te werken, zul je al snel merken dat je ook echt stappen aan het zetten bent en steeds meer leert begrijpen. En dat is natuurlijk het leukste van een nieuwe taal leren!
Of, zoals Duolingo zelf zegt:
15 minutes a day can teach you a new language. What can 15 minutes of social media do?